Suunto EON Core bevat een digitaal kompas met kantelcompensatie dat als hoofdweergave bekeken kan worden.
De eerste keer dat je de Suunto EON Core gebruikt en elke keer na het opladen, moet het kompas worden gekalibreerd; als je dit niet doet, kun je het kompas niet activeren. De Suunto EON Core geeft het kalibratiepictogram weer wanneer je de kompasweergave opent.
Tijdens het kalibratieproces zal het kompas zichzelf aanpassen aan het omringende magnetische veld.
Omdat er veranderingen kunnen optreden in het omringende magnetische veld, raden wij aan om het kompas voor elke duik opnieuw te kalibreren.
Handmatige kalibratie opstarten:
Blijf de duikcomputer net zo lang draaien tot het kompas is gekalibreerd.
Als de kalibratie een paar keer achter elkaar mislukt, kan het zijn dat het gebied waar je bent sterke magnetische bronnen heeft, zoals grote metalen objecten. Ga naar een andere locatie en probeer het kompas opnieuw te kalibreren.
U dient altijd de declinatie van uw kompas aan te passen aan het gebied waar u gaat duiken, zodat de uitlezingen van uw koers nauwkeurig zijn. Controleer de plaatselijke declinatie via een betrouwbare bron en voer de waarde in op uw Suunto EON Core.
Om declinatie in te stellen:
Een peiling is de hoek tussen het noorden en je doel. In andere woorden: de kant die je op wilt gaan. De koers daarentegen, is de daadwerkelijke richting die je volgt.
Je kunt een peiling vergrendelen zodat je je onder water kunt oriënteren en de juiste kant op gaat. Je kunt bijvoorbeeld de peiling ten opzichte van het rif vergrendelen voordat je vanaf de boot het water in gaat.
Je kunt de peilingvergrendeling altijd resetten, maar je kunt ze uitsluitend aan de oppervlakte ongedaan maken.
Een peilingvergrendeling instellen:
Zodra je een peiling vergrendeld hebt, wordt de positie van de vergrendeling aangegeven op de kompasroos, zoals hieronder weergegeven.
Onder je koers (groot getal in het midden van het kompas) zie je ook het relatieve verschil tussen je peiling en je koers. Dus wanneer je bijvoorbeeld in de exacte richting van je peiling wilt gaan, moet het onderste getal 0° zijn.
Als je een nieuwe peiling wilt vergrendelen, herhaal je de bovenstaande procedure. Elke vergrendelde peiling wordt samen met het tijdstip in het logboek opgenomen.
Je kunt de vergrendelde peiling pas wissen wanneer je terug aan de oppervlakte bent.
Een vergrendelde peiling wissen: